Gewelfbouw

Laatst bijgewerkt: 05-05-2025


Definitie

Gewelfbouw is een bouwtechniek waarbij gebogen constructies, zoals bogen en gewelven, worden toegepast om ruimtes te overspannen en belastingen af te voeren naar steunpunten.

Omschrijving

Gewelfbouw is een bouwmethode die al eeuwenlang wordt gebruikt voor het overdekken van diverse soorten ruimtes zonder de noodzaak van interne steunpunten over de gehele overspanning. De constructie steunt op het principe van gebogen elementen, vaak metselwerk van baksteen of natuursteen, die door hun vorm en onderlinge druk een stabiele overspanning vormen. De Romeinen ontwikkelden de gewelfbouw, die zij gedeeltelijk overnamen van de Etrusken, verder met de introductie van het kruisgewelf, wat grotere overspanningen met minder materiaal mogelijk maakte. Belangrijke typen gewelven zijn onder andere het tongewelf, kruisgewelf, kruisribgewelf en koepelgewelf.

Geschiedenis en Toepassing

De techniek van gewelfbouw kent een lange geschiedenis, waarbij de Romeinen een belangrijke rol speelden in de ontwikkeling ervan. Zij pasten gewelven toe in diverse bouwwerken, waaronder aquaducten, bruggen en amfitheaters. In de middeleeuwen werd gewelfbouw verder verfijnd, met name in de Romaanse en Gotische architectuur, waarbij nieuwe typen gewelven en constructieve oplossingen zoals steunberen en luchtbogen werden geïntroduceerd om hogere en bredere ruimtes te overspannen.

Soorten Gewelven

Er zijn verschillende soorten gewelven, elk met hun eigen kenmerken en toepassingen. Naast de reeds genoemde tongewelven, kruisgewelven en koepelgewelven, kennen we ook onder meer spitstongewelven, troggewelven, ribgewelven, graatgewelven, kruisribgewelven, kloostergewelven, muldengewelven, spiegelgewelven, netgewelven en stergewelven. Moderne toepassingen van gewelfprincipes zijn terug te vinden in prefab betonnen welfsels en breedplaatvloeren, die worden gebruikt voor vloeren en daken in woning- en utiliteitsbouw.

Vergelijkbare termen

Boogconstructie

Gebruikte bronnen: