cellengewelf

Laatst bijgewerkt: 05-05-2025


Definitie

Een cellengewelf is een gewelfvorm uit de late Gotiek, gekenmerkt door vele gewelfvelden die begrensd worden door graten in plaats van ribben en cellen lijken te vormen.

Omschrijving

Cellengewelven, ook bekend als Pruisisch gewelf of diamantgewelf, zijn veeldelige gewelven die vooral in baksteen werden uitgevoerd. Ze bestaan uit kleine, vaak min of meer piramidevormige velden die gezamenlijk een gevouwen oppervlak met richels vormen. Deze richels zijn graten, de scherpe begrenzingen tussen de segmenten, en geen dragende ribben zoals bij ribgewelven. Het cellengewelf ontstond in de 15e eeuw in de late Gotiek in Midden- en Oost-Europa, met name in Saksen, Bohemen, Silezië, Polen en Pruisen. De techniek van het bouwen van cellengewelven omvat geometrische methoden, waarbij het aantal verdelingen en de hoogte van het voegniveau belangrijke factoren zijn. De constructie werd vaak vrij uit de hand gemetseld, waarbij de graten ondersteund werden door centreerbogen. De gevouwen oppervlakken van het cellengewelf zorgen voor uitgesproken patronen van licht en schaduw, wat leidt tot interessante visuele en decoratieve effecten.

Alternatieve namen

Cellengewelven worden ook wel Pruisisch gewelf genoemd, vanwege hun populariteit in het oostelijk deel van Midden-Europa. Wanneer de gewelfvlakken langwerpiger zijn en lijken op de facetten van een geslepen diamant, wordt ook de term diamantgewelf gebruikt.

Vergelijking met andere gewelven

In hoofdlijnen kan een cellengewelf lijken op een netgewelf of waaiergewelf, maar onderscheidt zich door de dieper gelegen gewelfvlakken en het gebruik van graten in plaats van ribben.

Vergelijkbare termen

Kruisgewelf

Gebruikte bronnen: