Dijk

Laatst bijgewerkt: 05-05-2025


Definitie

Een dijk is een door mensen aangelegde, langgerekte verhoging van aarde of ander materiaal die dient als waterkering om het achterliggende land te beschermen tegen hoogwater en overstromingen.

Omschrijving

Dijken zijn cruciale constructies in waterbeheer, met name in laaggelegen gebieden die kwetsbaar zijn voor overstromingen vanuit zee, rivieren of meren. Ze worden gebouwd met verschillende materialen, vaak beginnend met zand of klei in de kern en afgedekt met bijvoorbeeld klei, gras, stenen of asfalt voor stabiliteit en waterdichtheid. Het ontwerp en de bouwwijze van een dijk zijn afhankelijk van de verwachte waterdruk, de bodemgesteldheid en de specifieke locatie. Regelmatig onderhoud en inspectie zijn essentieel om de veiligheid en functionaliteit van dijken te waarborgen en erosie tegen te gaan.

Soorten dijken

Dijken kunnen worden onderverdeeld op basis van hun functie en locatie. Enkele veelvoorkomende soorten zijn zeewaterkerende dijken (langs de kust), rivierwaterkerende dijken (langs rivieren) en binnenwaterkerende dijken (bijvoorbeeld boezemdijken langs kanalen en sloten). Naast hun primaire functie als waterkering, kunnen dijken ook andere functies hebben, zoals drager van infrastructuur (wegen) of een rol spelen bij natuurbeheer en recreatie. Er wordt ook gesproken over primaire waterkeringen, die beschermen tegen de Noordzee en grote rivieren, en regionale (secundaire) waterkeringen, die door provincies of waterschappen worden aangewezen en ook andere rollen kunnen vervullen.

Opbouw en materialen

De opbouw van een dijk begint met een draagkrachtige en niet te doorlatende ondergrond. Het dijklichaam zelf wordt opgebouwd uit verschillende delen. Materialen zoals klei en zand worden vaak gebruikt voor de kern. De buitenkant (talud) wordt bekleed om erosie door golfslag of stroming tegen te gaan en de waterdichtheid te vergroten. Deze bekleding kan bestaan uit gras op een kleiafdekking, maar ook uit kunstmatige materialen zoals asfalt of steenbekleding. De breedte van de kruin en het flauwer wordende talud dragen bij aan de stabiliteit en weerbaarheid van de dijk tegen waterdruk.

Vergelijkbare termen

Waterkering

Gebruikte bronnen: