Minoïsche architectuur

Laatst bijgewerkt: 05-05-2025


Definitie

Minoïsche architectuur omvat de bouwstijl en kenmerken van de Minoïsche beschaving op Kreta, gekenmerkt door paleiscomplexen met meerdere verdiepingen, centrale binnenplaatsen, lichtschachten, en uitgebreide waterafvoersystemen.

Omschrijving

De Minoïsche beschaving bloeide op Kreta van ongeveer 2600 tot 1400 v. Chr.. De architectuur van deze periode, vaak geassocieerd met de legendarische koning Minos, staat bekend om haar complexe 'paleizen', hoewel de term 'bestuurscentrumcomplexen' mogelijk nauwkeuriger is. Belangrijke voorbeelden zijn de paleizen van Knossos, Phaistos en Malia. Kenmerkend zijn de meerlaagse gebouwen, open centrale binnenplaatsen en het gebruik van lichtschachten voor natuurlijke verlichting en ventilatie. Minoïsche architecten maakten gebruik van lokale materialen zoals kalksteen, gips en hout. Een opvallend aspect is de aanwezigheid van geavanceerde waterafvoersystemen met stenen kanalen en kleipijpen. De muren werden vaak versierd met kleurrijke fresco's die scènes uit de natuur en het dagelijks leven uitbeeldden. In tegenstelling tot veel andere beschavingen uit die tijd, zijn er weinig tot geen versterkingen of verdedigingsmuren gevonden rond de Minoïsche centra, wat kan duiden op een relatief vreedzame periode, hoewel de vondst van wapens ook op mogelijke conflicten wijst. De ondergang van de Minoïsche beschaving werd mogelijk veroorzaakt of versneld door natuurrampen zoals aardbevingen en een vulkaanuitbarsting op Santorini, gevolgd door de overname door de Myceners rond 1400 v. Chr..

Gebruikte bronnen: