Consistentieklasse

Laatst bijgewerkt: 05-05-2025


Definitie

De consistentieklasse van beton is een maat voor de verwerkbaarheid van de betonspecie en wordt bepaald aan de hand van gestandaardiseerde meetmethoden conform NEN-EN 206 en NEN 8005.

Omschrijving

De consistentie van betonspecie, oftewel de mate van vloeibaarheid of stijfheid, is cruciaal voor de verwerkbaarheid op de bouwplaats. De keuze van de juiste consistentieklasse is afhankelijk van factoren zoals de complexiteit en afmetingen van het te storten element, de dichtheid van de wapening en de manier waarop het beton wordt geplaatst en verdicht. Een passende consistentie zorgt voor een goede vulling van de bekisting en voorkomt problemen zoals ontmenging van het mengsel of onvoldoende verdichting, wat de kwaliteit en duurzaamheid van de constructie beïnvloedt. De consistentieklasse is een van de basiseisen die, naast onder meer sterkteklasse en milieuklasse, bij de bestelling van betonmortel moet worden opgegeven. De normen NEN-EN 206 en NEN 8005 beschrijven de verschillende consistentieklassen en de bijbehorende meetmethoden. De consistentie moet gedurende een bepaalde tijd na aankomst op de bouwplaats behouden blijven.

Meetmethoden

Er zijn verschillende gestandaardiseerde methoden om de consistentieklasse van beton te bepalen. De meest gebruikte methoden conform NEN-EN 206 omvatten de bepaling van de zetmaat (slump) met de Abrams-kegel, de schudmaat (flow) op de schudtafel, en de verdichtingsmaat (compaction). Elk van deze methoden is geschikt voor verschillende consistentiegebieden, variërend van zeer stijf tot zeer vloeibaar beton. De zetmaat wordt gebruikt voor halfplastische tot plastische betonspecie (consistentieklassen S1 t/m S5), waarbij de inzakking van een betonkegel wordt gemeten nadat de kegel is opgelicht. De schudmaat, ook wel vloeimaat of spreidmaat genoemd, wordt bepaald door de diameter van de uitgevloeide specie te meten nadat een kegel op een schudtafel is geplaatst en de tafel is geschud (consistentieklassen F1 t/m F7). De verdichtingsmaat wordt vooral gebruikt voor droge tot halfplastische betonspecie (consistentieklassen C0 t/m C3), waarbij de mate van inklinking na verdichting in een gestandaardiseerd vat wordt gemeten. Voor zelfverdichtend beton, dat zeer vloeibaar is en zonder extra verdichting de bekisting vult, worden aanvullende tests zoals de uitvloeimaat (slump flow), viscositeit (V-trechter of O-box test), en blokkeringsmaat (J-ring test of L-box test) gebruikt om het vloeigedrag en het vermogen om wapening te passeren te beoordelen (consistentieklassen SF1, SF2, en verder gespecificeerde klassen voor viscositeit en blokkering).

Vergelijkbare termen

Slumpklasse

Gebruikte bronnen: