De voorlichtingsplicht is vastgelegd in het Burgerlijk Wetboek (artikel 7752) en vormt een essentieel onderdeel van de relatie tussen opdrachtgever en aannemer. Deze plicht vereist dat aannemers en bouwprofessionals transparant en tijdig informatie verstrekken over zaken zoals de te gebruiken materialen, de planning, de kostenraming en eventuele risico's. Dit omvat ook het informeren over mogelijke vertragingen, technische beperkingen en wettelijke vereisten.In de praktijk betekent dit dat aannemers bijvoorbeeld moeten uitleggen welke fundering geschikt is voor een bepaald type grond, welke isolatiematerialen worden gebruikt en wat de gevolgen zijn van bepaalde keuzes. Het doel is om de opdrachtgever in staat te stellen weloverwogen beslissingen te nemen en onverwachte problemen te voorkomen.Onderhoud en duurzaamheidsaspecten spelen ook een rol bij de voorlichtingsplicht. Aannemers moeten bijvoorbeeld uitleggen hoe onderhoudsintensief bepaalde materialen zijn en wat de levensduur ervan is. Problemen kunnen ontstaan als de voorlichting onvolledig of onduidelijk is, wat kan leiden tot geschillen en juridische claims.Een praktijkvoorbeeld is een situatie waarin een aannemer een opdrachtgever niet heeft geïnformeerd over de noodzaak van een extra funderingslaag bij een bouwproject op slappe grond. Dit kan leiden tot verzakkingen en hoge herstelkosten, waarvoor de aannemer aansprakelijk kan worden gesteld.