Tuitgevels

Laatst bijgewerkt: 05-05-2025


Definitie

Een tuitgevel is een type topgevel die aan de bovenzijde eindigt in een smalle, rechthoekige hals, ook wel 'tuit' genoemd.

Omschrijving

Tuitgevels zijn een vereenvoudigde vorm van de trapgevel. De gevelranden lopen schuin op, vergelijkbaar met een puntgevel, maar in plaats van een scherpe punt is er een karakteristieke tuit aan de top. Aan de zijkanten van het dak, bij de overgang naar de schuine gevelranden, zijn vaak kleine platte gedeeltes te vinden die 'schouders' worden genoemd. De schuine oplopende bovenzijde van de gevel wordt vaak afgewerkt met een rollaag of vlechtingen. Tuitgevels werden in Nederland voornamelijk toegepast tussen circa 1620 en 1720, met name bij pakhuizen en arbeidershuisjes. Ook werden in latere eeuwen (18e en 19e eeuw) veel trap- en halsgevels versoberd tot tuitgevels. Dit geveltype komt minder vaak voor als voorgevel van woonhuizen, maar is regelmatig te zien aan achtergevels.

Kenmerken en Varianten

Kenmerkend voor de tuitgevel zijn de schuine gevelranden, de tuit aan de top en de eventuele schouders aan de zijkanten. De tuit zelf kan soms versierd zijn met een klein fronton of een zandstenen plaat. Een variant is de trapeziumgevel, die voorkomt bij dubbele pakhuizen waarbij naast elkaar gelegen tuitgevels op zolderniveau gekoppeld lijken. Een specifiek 19e-eeuws type is de ojiefse tuitgevel, waarbij de dakrand licht naar buiten opbolt.

Vergelijkbare termen

Topgevel

Gebruikte bronnen: