Oplaadfaciliteiten

Laatst bijgewerkt: 05-05-2025


Definitie

Oplaadfaciliteiten zijn voorzieningen die elektrische energie leveren voor het opladen van elektrische voertuigen.

Omschrijving

Oplaadfaciliteiten, ook wel laadinfrastructuur genoemd, zijn essentieel voor de groeiende adoptie van elektrische voertuigen (EV's) in diverse sectoren, waaronder de bouw. Deze infrastructuur omvat oplaadpunten, de benodigde bekabeling en aansluitingen op het elektriciteitsnetwerk. Er zijn verschillende soorten oplaadpunten, variërend in laadsnelheid en toepassing, zoals normale laders en snelladers. De installatie van oplaadfaciliteiten vereist zorgvuldige planning van de elektrische infrastructuur en moet voldoen aan relevante normen zoals NEN 1010. Voor zowel nieuwbouw als bestaande bouw gelden wettelijke verplichtingen voor het aanleggen van oplaadpunten of de voorbereiding daarvan (leidingdoorvoeren), met name bij gebouwen met een bepaald aantal parkeervakken. De noodzaak van voldoende en goed geplaatste laadinfrastructuur wordt benadrukt, zowel in de openbare ruimte als op eigen terrein, om elektrisch rijden te faciliteren en te voldoen aan de toenemende laadvraag, onder andere in de bouwsector met elektrisch materieel. Onderhoud is belangrijk om de functionaliteit en veiligheid van oplaadfaciliteiten te waarborgen.

Verplichtingen en Regelgeving in de Bouw

In Nederland zijn er wettelijke verplichtingen met betrekking tot de aanleg van laadinfrastructuur bij nieuwbouw en ingrijpende renovaties. Voor woongebouwen met meer dan 10 parkeervakken moet leidinginfrastructuur (loze leidingen) naar elk parkeervak worden aangelegd. Bij utiliteitsgebouwen (niet-woongebouwen) met meer dan 10 parkeervakken moet minimaal één oplaadpunt aanwezig zijn en moet er leidinginfrastructuur worden aangelegd bij één op de vijf parkeervakken. Vanaf 1 januari 2025 geldt ook een verplichting voor bestaande utiliteitsbouw met meer dan 20 parkeervakken om minimaal één oplaadpunt te hebben. Deze regels zijn vastgelegd in het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) en zijn gebaseerd op Europese richtlijnen. Oplaadpunten moeten voldoen aan de eisen van NEN 1010, met name mode 3 of mode 4 voor gecontroleerd opladen in bijvoorbeeld parkeergarages.

Soorten en Toepassingen

Oplaadfaciliteiten komen in verschillende vormen en met uiteenlopende laadsnelheden. Er wordt onderscheid gemaakt tussen normaal laden (Mode 1, 2 en 3) en snelladen (Mode 4). Normale laadpunten vind je vaak thuis of op het werk, terwijl snelladers vaker langs snelwegen of op andere strategische locaties te vinden zijn. Mobiele laadoplossingen worden ook ingezet, bijvoorbeeld op bouwplaatsen waar tijdelijke oplaadpunten nodig zijn voor elektrisch bouwmaterieel. De vraag naar laadinfrastructuur in de bouw groeit sterk, mede door de transitie naar emissieloos bouwen.

Vergelijkbare termen

Laadpaal

Gebruikte bronnen: