Grondsoort
Laatst bijgewerkt: 05-05-2025
Definitie
Grondsoort is een classificatie van grond op basis van de samenstelling van minerale deeltjes, organisch materiaal, water en lucht, en de daaruit voortvloeiende fysische eigenschappen zoals draagkracht en waterdoorlatendheid.
Omschrijving
De grondsoort van een locatie is essentieel voor bouwprojecten, omdat deze de geschiktheid van de ondergrond voor funderingen, waterbeheer en de algehele stabiliteit van constructies bepaalt. In Nederland komen verschillende grondsoorten voor, waaronder zand, klei, veen, leem en zavel, elk met unieke kenmerken. Zandgrond, bestaande uit relatief grote korrels, is goed waterdoorlatend en biedt vaak voldoende draagkracht voor een fundering op staal bij lichtere constructies. Kleigrond bestaat uit zeer fijne deeltjes, houdt goed vocht vast en kan gevoelig zijn voor zetting en krimp, waardoor bijbehorende funderingstechnieken zoals heipalen of een funderingsplaat vaak noodzakelijk zijn. Veengrond, gevormd uit afgestorven plantenresten, is zeer samendrukbaar en heeft een lage draagkracht, wat bijna altijd een diepe fundering op palen vereist. Leemgrond is een mengsel van zand, silt en klei en biedt een balans in drainage en waterretentie. De identificatie van grondsoorten gebeurt onder andere door middel van grondonderzoek, zoals sonderingen en laboratoriumanalyses, om de specifieke eigenschappen en draagkracht vast te stellen.
Veelvoorkomende grondsoorten in Nederland
In Nederland worden voornamelijk de volgende grondsoorten onderscheiden: zand, klei, veen, leem en zavel. Zandgrond bestaat uit korrels met een diameter tussen 0,063 en 2 mm. Klei bestaat uit deeltjes kleiner dan 2 µm (lutum) en silt (leem) uit deeltjes tussen 2 en 63 µm. Veengrond bestaat hoofdzakelijk uit verteerde plantenresten en kan aanzienlijk inklinken. Zavel is een mengsel van klei en zand.
Invloed op fundering
De grondsoort bepaalt in grote mate het type fundering dat nodig is voor een bouwwerk. Op draagkrachtige zandgrond kan vaak een fundering op staal worden toegepast, waarbij de fundering direct op de zandlaag rust. Bij minder draagkrachtige grondsoorten zoals klei en veen, is meestal een paalfundering noodzakelijk om het gewicht van de constructie over te brengen naar dieper gelegen stabiele lagen. De diepte van de fundering, die minimaal 80 cm onder het maaiveld moet liggen om onder de vorstgrens te blijven, is afhankelijk van de grondsoort en de lokale bodemopbouw.
Vergelijkbare termen
Bodemtype
Gebruikte bronnen: