AEC-bodemas / AEC-granulaat
Laatst bijgewerkt: 05-05-2025
Definitie
AEC-bodemas, ook wel AVI-bodemas genoemd, is het restproduct dat overblijft na de verbranding van huishoudelijk en vergelijkbaar afval in een AfvalEnergieCentrale (AEC), voorheen AfvalVerbrandingsinstallatie (AVI).
Omschrijving
AEC-bodemas bestaat uit minerale delen, metaaldeeltjes en onbrandbare materialen zoals glas en keramiek. Na bewerking, zoals zeven en het verwijderen van metalen, wordt het materiaal AEC-bodemas genoemd. Dit materiaal bevat zowel fijne delen als grotere korrels met een structuur die lijkt op sintels. Het is een secundaire bouwstof die, na verdere bewerking, ook geschikt gemaakt kan worden als toeslagmateriaal voor beton; in dat geval wordt het AEC-granulaat genoemd. Vanwege de herkomst uit afval zijn er specifieke regels voor de toepassing van AEC-bodemas en -granulaat, vastgelegd in onder andere het Besluit bodemkwaliteit en diverse Beoordelingsrichtlijnen (BRL's) en CUR-aanbevelingen.
Toepassingen en verwerking
AEC-bodemas wordt, na opwerking en onder specifieke voorwaarden (IBC-maatregelen: Isoleren, Beheersen en Controleren), toegepast in de grond-, weg- en waterbouw. Veelvoorkomende toepassingen zijn funderingslagen en ophogingen bij wegen, geluidswallen en steun- en afdeklagen bij stortplaatsen. Door verdere bewerking, zoals breken, reinigen en zeven, kan AEC-bodemas worden verwerkt tot AEC-granulaat. Dit granulaat kan dienen als secundair toeslagmateriaal voor beton, met name voor niet-constructief beton zoals stoeptegels en trottoirbanden. De toepassing van AEC-granulaat in beton is gereguleerd en vereist certificering volgens relevante normen en beoordelingsrichtlijnen, zoals CUR-Aanbeveling 116 en BRL 2507.
Kwaliteit en regelgeving
De kwaliteit van AEC-bodemas en -granulaat is cruciaal voor veilige toepassing. Er worden eisen gesteld aan zowel de milieuhygiënische als de civieltechnische eigenschappen. Volgens het Besluit bodemkwaliteit is bodemas een IBC-bouwstof, wat betekent dat toepassing alleen mag plaatsvinden met isolerende, beherende en controlerende maatregelen om uitloging van potentieel schadelijke stoffen te voorkomen. Er zijn verschillende kwaliteiten bodemas, waarbij alleen materiaal dat voldoet aan minimale kwaliteitseisen als IBC-bouwstof mag worden toegepast. Voldoet het niet, dan moet het gestort worden. Onafhankelijke certificering volgens bijvoorbeeld BRL 2307 en BRL 2507 bevestigt dat het materiaal voldoet aan de gestelde eisen voor specifieke toepassingen.
Gebruikte bronnen: