Aanwasboor

Laatst bijgewerkt: 05-05-2025


Definitie

Een aanwasboor, ook bekend als Presslerboor of increment borer, is een holle boor die wordt gebruikt om een cilindervormig houtmonster (boorkern) uit een boom of houten constructie te nemen voor analyse van de interne eigenschappen.

Omschrijving

Dit speciale gereedschap maakt het mogelijk om de conditie en structuur van hout te onderzoeken met minimale schade aan het object. Door de boor handmatig in het hout te draaien, wordt een kern verkregen die waardevolle informatie levert over onder andere jaarringen, dichtheid, sterkte, en de aanwezigheid van aantastingen of impregnering. De boorkern wordt na winning met een speciale lepel uit de boor verwijderd voor inspectie en verdere analyse.

Toepassingsgebieden

Aanwasboren worden breed ingezet in diverse vakgebieden. Bosbouwers en boomdeskundigen gebruiken ze voor boombeoordeling, het bestuderen van groei via jaarringen en het vaststellen van de vitaliteit van bomen. Bij bestaande houten constructies, zoals palen, bruggen of historische gebouwen, helpt de aanwasboor bij het controleren van de houtkwaliteit, sterkte, impregnatiegraad en eventuele degradatie. Daarnaast wordt de boorkern gebruikt voor wetenschappelijk onderzoek, bijvoorbeeld naar de reactie van bomen op omgevingsfactoren.

Monstername en analyse

Het nemen van een boorkern met een aanwasboor gebeurt door de holle boor met een handvat in het hout te draaien tot de gewenste diepte. Het cilindervormige houtmonster wordt hierbij opgevangen in de boor. Vervolgens wordt een passende lepel gebruikt om de boorkern uit de boor te schuiven voor inspectie. De verkregen kern kan visueel en verder analytisch worden beoordeeld op onder meer het aantal jaarringen (voor groeipatroon en ouderdomsschatting), houtdichtheid, tekenen van rot of insectenschade en de diepte van impregneermiddelen. De boring laat een kleine opening achter, die bij levende bomen doorgaans goed herstelt.

Vergelijkbare termen

Kernboor

Gebruikte bronnen: